Column: Kabinet wil op alle vlakken meer landbouwschade
Dit Topartikel wordt jou gratis aangeboden door de redactie van Agrio.
Tot diep in de nacht werd er door de Tweede Kamer met minister Adema gedebatteerd over de mestcrisis. De enige oplossing zonder sanering van de sector sloeg Adema in de wind. Hij wil niet terug naar Brussel. Een motie van de SGP om niet heel Nederland als kwetsbaar gebied te zien voor de waterkwaliteit, maar alleen de gebieden waar daadwerkelijk normen overschreden worden, is voorlopig ook nog niet omarmd.
André Flach (SGP) hield op verzoek van de minister de motie aan, zoals dat heet, en gaat met hem in gesprek. Mocht Adema enthousiast worden, dan moet hij ook naar Brussel, dus dat wordt op korte termijn niets als hij niet wil gaan.
LTO en NAJK
Alleen de BBB, PVV en SGP willen een boervriendelijker beleid. VVD en NSC hadden wel gehoopt op een ruimere derogatie of een ander afbouwpad, maar gaan voorlopig met Adema mee. Adema speelt handig het versplinterde landschap van de belangenbehartiging in de landbouw uit. De voorstellen van LTO en NAJK om de gevolgen van de mestcrisis een tikkeltje boervriendelijker te krijgen, grijpt hij aan om over door te praten. Dan kan hij schermen met het draagvlak van twee partijen, of beter gezegd met een deel van de achterban van die twee partijen. De andere belangenbehartigers heeft hij al uitgesloten. De kans is groot dat Adema aan cherry pikking gaat doen en alleen de maatregelen van LTO en NAJK overneemt die passen binnen zijn eigen plan.
Ecologisering
Adema voert daarmee nog steeds het beleid uit van D66, VVD, CDA en ChristenUnie van de afgelopen twee kabinetten Rutte. Die beleidslijn houdt in dat er in Nederland minder plek is voor landbouw en er ruimte moet komen voor andere economische sectoren, woningbouw en vooral natuur. Die verdere ecologisering van Nederland, waar boeren ook prima een rol in kunnen spelen maar weinig handreikingen vanuit het beleid voor aangereikt krijgen, zien we ook op het terrein van de jacht.
Houtduif en kauw
Minister van der Wal is voornemens om de jacht nog meer aan banden te leggen, daarvoor waarschuwt De Jagersvereniging. Dat is een politieke keuze, waarbij opnieuw gesuggereerd gaat worden dat op basis van wetenschappelijk onderzoek, het niet anders kan. Precies zoals we de hele tijd bij stikstof en mest zien. Bij de jacht draait alles om de Staat van instandhouding. In dit geval om soorten als houtduif en kauw. Dat zijn algemeen voorkomende vogelsoorten die helemaal niet bedreigd worden. Door een nationale kop op bestaande wetgeving te zetten met definities en methodieken rolt er opeens een getal uit, die er toe gaat dwingen dat de minister ze van de vrijstellingslijst af gaat halen. Daardoor zijn ze niet meer zomaar te bejagen, wanneer ze schade veroorzaken aan landbouwgewassen.
Staat van instandhouding
Die Staat van instandhouding vergelijkt de huidige aantallen vogels met die van veertig jaar geleden. Daarbij draait het om absolute aantallen. De houtduif is in die veertig jaar met 2,6 procent afgenomen. Dat is 0,065 procent per jaar, maar daar merkt de boer natuurlijk niks van, die kampt nog steeds met enorme schade. Het aantal broedende kauwtjes is juist sterk toegenomen over diezelfde periode en dat merken boeren wel. Alleen buiten het groeiseizoen in de winter zijn er nu minder kauwen in Nederland. Het zijn trekvogels die zich weinig aantrekken van landsgrenzen. Europees gezien gaat het uitstekend met kauwen.
Met het verkleinen van leefgebied door bijvoorbeeld woningbouw, houdt deze Staat van instandhouding geen rekening. Met het aanleggen van natuurtypen waar deze vogels zich niet thuis voelen, wordt ook geen rekening gehouden. Met minder landbouwproductie, waar deze vogels mede afhankelijk van zijn, ook niet. Gaan de aantallen omlaag, of wordt er selectief geshopt in de data, dan moet er ingegrepen worden. Tenminste, dat is het voornemen.
Nationale kop
Geen enkel EU-land heeft zo’n ‘nationale kop’ aan bescherming voor algemeen voorkomende soorten. Wanneer minister van der Wal in juni besluit om deze vogels van de vrijstellingslijst te halen, dan mag je als boer en jager dus niets meer doen als er een groep duiven of kauwen aan jouw gewassen vreet. Jagers mogen alleen iets doen, als er een ontheffing voor wordt afgegeven. Dat strandt echter zeer waarschijnlijk in het bureaucratische moeras dat we ook bij andere plaagsoorten zien. En als er al een ontheffing wordt afgegeven, dan staan de selectieve soortenactivisten klaar om het aan te vechten. Echter, zover komt het waarschijnlijk niet.
Geen ontheffingen
Overheden gaan geen ontheffingen afgeven, want daarvoor moet je als jager historische schadedata kunnen overleggen. Die zijn er niet, omdat het nooit nodig was om die schade te taxeren. Het gevolg is meer landbouwschade, meer frustratie om voedsel te produceren en hogere kosten voor de provincies en dus de belastingbetalers. Wildschade kost de samenleving nu al 44 miljoen euro per jaar en dat gaat verder groeien. Nu is juni nog relatief ver, dus wellicht zit er dan een nieuw kabinet die hier met meer realiteitszin naar kan kijken. Echter is dat met types als Dion Graus bij de PVV ook geen gelopen race.