Column: Wetenschap of wetenschap
De afdronk van het rapport van De Heij was gefundeerde kritiek op het RIVM. De natte stikstofdepositie zou overschat worden, de emissie vanuit de landbouw ook, en van droge depositie is vrij weinig bekend en ontbreken essentiële praktijkmetingen. Naar aanleiding van de publicaties daarover vroegen wij een reactie van het RIVM. Die wilde het eerst goed bestuderen en daarna met een antwoord komen.
Dat antwoord is er inmiddels. Een dag voordat ik in gesprek ging met onderzoeker Roy Wichink Kruit publiceerde het instituut een persbericht op zijn website. In het interview lichten ze toe waarom het RIVM forse kritiek heeft op het onderzoek. Wichink Kruit noemt het onderzoek ‘niet wetenschappelijk’ en het staat volgens hem vol met foute aannames en misinterpretaties.
Erisman
Vlak na de publicatie van het rapport van De Heij op Foodlog.nl reageerde hoogleraar Jan Willem Erisman in dezelfde strekking. Erisman plaatste 216 opmerkingen bij het rapport. Die gaan over van alles: van ontbrekende voetnoten tot uitspraken over meer eiwit in het voer en genetica van koeien die leidt tot meer stikstofuitstoot. Interessant is dat Erisman even later alweer een deel van zijn kritiek moest inslikken. Onderzoeker Ronald Zom van Wageningen UR reikte Erisman aan dat hij fout zat met de beweringen over eiwit in voer en genetica. Erisman had het van horen zeggen. Beetje pijnlijk.
Handelswijze De Heij
Waar Erisman De Heij als een kleuter in de hoek wilde zetten, doet het RIVM dat anders. Wichink Kruit stak in het interview niet onder stoelen of banken wat hij van de handelswijze van De Heij vindt. Hij vond het nogal ongepast om een onderzoek alvast te presenteren aan de Tweede Kamer, zonder dat andere wetenschappers en in dit geval het RIVM daar notie van konden nemen. Daar mag iedereen van vinden wat hij of zij wil natuurlijk, maar uiteindelijk gaat het om argumenten over de inhoud.
De Heij laat tegenover mij zien dat hij open staat voor feedback. En als er aangetoond wordt dat hij op onderdelen fouten maakte, gaat hij dat aanpassen. Dat is een wetenschappelijke houding. Zo kom je als wetenschap ook verder. Het RIVM laat in het interview weten dat ze het met een aantal zaken niet eens zijn. Dus ik ben benieuwd of die kritiek overeind blijft of dat De Heij zijn rapport gaat aanpassen.
Wetenschappelijke lat
Maar het interview legt ook goed bloot welke afwegingen het RIVM maakt. Je zou zeggen: wetenschap is wetenschap. Maar dat is niet zo. Wichink Kruit verdedigde logischerwijs het Aerius-model. Modelaanpassingen vinden alleen plaats als er goed gefundeerd wetenschappelijk bewijs wordt geleverd. Ook daar kan, denk ik, iedereen wel in meegaan. Je zou zelfs kunnen stellen dat ze de wetenschappelijke lat erg hoog leggen.
Het door mij aangedragen voorbeeld maakte dat ook mooi duidelijk. Het RIVM voerde zelf wetenschappelijk onderzoek uit naar droge stikstofdepositie in de duinen bij Den Haag in 2014 en 2015. Maar dat leidde niet tot aanpassingen, ondanks dat de droge stikstofdepositie daar 2,4 keer lager was dan het model berekende.
'Heel zorgvuldig proces'
Waarom deden ze dat niet? Er was maar 28 procent van een jaar gemeten en voor de rest deden ze inschattingen. Dat is best een logische verklaring, omdat droge depositiemetingen enorm complex zijn om uit te voeren. Ze starten daarom met vervolgonderzoek, omdat ze beter naar vegetatiekenmerken willen gaan kijken. Het RIVM kan dus nog niet goed verklaren waarom die metingen lager uitvallen en willen dat eerst zeker weten. Daarna kan het model aangepast worden.
Maar ze leggen die hoge wetenschappelijke lat niet als het gaat om kritische depositiewaarden. Die zijn tot stand gekomen door laboratoriumproeven te extrapoleren en inschattingen van ecologen. Er ligt inmiddels stevige wetenschappelijke kritiek op deze methode. Toch noemt het RIVM dat een ‘heel zorgvuldig proces’. Dus als ze eigen inschattingen doen voor driekwart van het jaar, is het niet goed genoeg voor aanpassingen. Zijn er helemaal geen metingen en alleen maar inschattingen, dan wordt het wel doorgevoerd. Het is dus eerder ‘wetenschap of wetenschap’ in plaats van ‘wetenschap is wetenschap’.