Opslag van zoet water maakt noordelijke akkerbouw minder kwetsbaar
De huidige waterhuishouding is onvoldoende geschikt voor een toekomst met zeespiegelstijging, bodemdaling en klimaatverandering. Momenteel wordt overtollig zoetwater in de herfst en winter naar de Waddenzee afgevoerd, terwijl er tijdens periodes van droogte sprake is van watertekorten.
Uit het onderzoek blijkt dat het technisch zeer lastig is om in droge periodes extra en kwalitatief goed zoetwater naar het Lauwersmeergebied te loodsen en dit wordt in de toekomst alleen maar moeilijker, concluderen de onderzoekers. Daarom is zelfvoorziening van goed zoet water voor de landbouw juist hier van belang: door het opslaan van zoet water hebben telers de regie meer in eigen hand, en dat biedt perspectieven voor de teelt van kapitaalsintensieve gewassen.
De onderzoekers van Acacia Water hebben in het Lauwersmeergebied onderzocht of slimme drainage en Spaarwatertechnieken hier kunnen werken, uitgaande van bestaande gewassen. „Grootschalige opslag van zoet grondwater in de ondergrond is voor boeren een zeer interessante maatregel om in de toekomst zelf over zoet water te kunnen beschikken”, zegt akkerbouwbestuurder Tineke de Vries van LTO Noord.
De onderzoekpartners willen het project op proefschaal uitvoeren en testen. De inzet is er op gericht een efficiënte techniek te ontwikkelen voor slimme drainage en grootschalige spaarwatertechnieken in het noordelijke kleigebied, met een kostprijs die het voor de boer rendabel maakt om deze in de toekomst aan te kunnen schaffen. Dit proefproject gaat komend jaar van start, mits de financiering rondkomt.
Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van LTO Noord en Programma naar een Rijke Waddenzee; samen met agrariërs uit het gebied, Deltaplan Agrarisch Waterbeheer en de SPNA proefboerderij Kollumerwaard.