Friese landbouw komt met eigen ‘Veenweide-plan’
Voorzitter Geart Benedictus van de stuurgroep vindt dat er een aanpak moet komen ‘met de schep in de grond en niet met de pen van achter het bureau’. Het waterbeheer in de Friese veenweide moet veel meer „per boer, per perceel, per peilvak” plaatsvinden. „De Veenweidevisie blijft het uitgangspunt, maar vooraan staat dat boeren hier kunnen blijven boeren. Voorgestelde maatregelen in het uitvoeringsprogramma blijken in de praktijk niet te werken. Alternatieve teelten zijn te veel een niche. Je kunt de koe wel lisdodden laten vreten, maar dan geven ze geen melk meer. Iedereen heeft een idee over hoe de boer moet werken, maar het wordt tijd dat we als landbouw zelf aan de slag gaan.”
CO2-reductie
Bouwe Bakker, namens LTO Noord vertegenwoordigt in het projectteam Veenweide, stelt dat er een tunnelvisie op CO2-reductie is. „Terwijl verhoging van het slootpeil nauwelijk tot geen effect heeft. De uitstoot van methaan en lachgas wordt zelfs hoger.” In de gepresenteerde visie moet het watersysteem meer ingericht worden op aanvoer bij tekort en afvoer bij overschot. Wetterskip Fryslân wordt opgeroepen om met een systeemanalyse te komen. Het peilbeheer moet meer worden gestuurd op data van bodemvocht en grondwater. Ook moet de effectiviteit van onderwaterdrainage verder worden onderzocht. „Blijkt dat die goed functioneert, dan klappen we er vol in. 18.000 van de 25.000 hectare infiltreren, de helft gestuurd door het peil in de sloot en de andere helft met sturing in de put.”
De zeven landbouwpartijen zouden 95 procent van de negenhonderd boeren in het Friese veenweidegebied vertegenwoordigen. Naar verwachting moet met de plannen aan 500 tot 1000 hectare van de grond een andere functie worden toegekend. Een kostenraming is er nog niet, omdat veel afhangt van de effectiviteit van nieuwe technieken. De verwachting is dat maatregelen kunnen worden gefinancierd met de opbrengst van CO2-reductie, naar schatting twintig euro per ton.
Lees het complete verhaal in de Veldpost van zaterdag 17 november.
Tekst: Martin de Vries
Beeld: Ellen Meinen