Melkveehouder gedoogd geen gans op Terschelling

Een postzegel middenin een gedooggebied heeft geen kans van slagen. Ganzen houden zich niet aan grenzen. Gerard Cupido weet precies wat de theorieën zijn op het besluit om te stoppen met gedogen van ganzen op zijn land. Met een zorgvuldige wildbeheereenheid voor ondersteunend afschot blijkt dat ganzen wel degelijk in de gaten hebben in welke polder ze beter niet en waar wel kunnen foerageren. Na een jaar is de schade met veertig procent gedaald. „Begin april streek hier een groep van zo’n duizend verjaagde rotganzen uit Friesland neer. Als dit niet gebeurd was, dan weet ik zeker dat de schade zeventig procent minder geweest zou zijn”, blikt Cupido terug.
Uit frustratie
Het besluit om samen met buurman Cees Cupido (geen familie, red.) te stoppen met het gedogen van ganzen ontstond uit frustratie. „Elk voorjaar moet je met lede ogen toezien dat al het werk om het land netjes te krijgen door de ganzen wordt gefileerd. Natuurlijk staat daar een vergoeding tegenover. We hebben het over een bedrag van zo’n 44.000 euro per jaar. Het werkplezier is me daarentegen veel meer waard. Ik ben geen boer geworden om aan de keukentafel schadeformulieren in te vullen.”
Extra nadeel voor de melkveehouder is dat de schade moet worden gecompenseerd door kuilbalen en extra krachtvoer van de vaste wal te halen. „Daar ben ik geen fan van. Het is een hoop werk en bovendien erg duur. Omdat wij op een eiland zitten, komt daar nog eens twintig euro per baal aan vrachtkosten overheen. Daar komen wij gewoon niet onderuit. Bovendien is het altijd maar afwachten wat de kwaliteit is die je krijgt.”
Lees het hele artikel zaterdag 17 november in Veldpost. Nog geen abonnee? Vraag een proefnummer aan!