‘Provincie Drenthe neemt inzet wild- en vogelbeschermers niet serieus’

De Drentse Boermarken, LTO Noord, Drents Particulier Grondbezit, Agrarische Natuur Drenthe, de NOJG, Natuurvereniging Het Stroomdal uit Zuidoost Drenthe en de Jagersvereniging tekenden in 2018 het bezwaar aan. Het uitzetten van verwilderde katten brengt grote schade toe aan de fauna in Drenthe, stellen de belangenorganisaties. Volgens de belangenorganisaties zijn er in het Nederlandse buitengebied zo’n 165.000 verwilderde katten en doden zij, naar schatting, twintig miljoen inheemse dieren op jaarbasis. Daarnaast vinden zij dat het uitzetten van verwilderde katten niet samengaat met faunabescherming en het geld dat de provincie hierin investeert.

„Provincie Drenthe heeft jaarlijks een flexibele pot van 50.000 euro om weide- en akkervogels en ander klein wild te behouden. Onze achterban steekt, onder andere door Agrarisch Natuurbeheer, veel tijd en energie in de bescherming van vogels en andere fauna. Door de bezwaarschriften niet ontvankelijk te verklaren, laat de provincie ons inziens zien dat zij de inzet van vele wild- en vogelbeschermers niet serieus neemt”, stelt Albert Lanting, voorzitter van Drentse Boermarken.

Teleurstelling

De organisaties stellen ook dat de provincie, door ontheffing te verlenen, ‘onterecht aangeeft dat de organisaties geen belanghebbenden zijn in deze zaak’. Verder spreken de organisaties hun teleurstelling uit over dat de provincie hen niet heeft geraadpleegd in het voortraject en dat de Faunabeheereenheid hierbij niet betrokken was. De zeven belangenorganisaties willen hun teleurstelling ook kenbaar maken aan de Provinciale Staten.