Proeven in Friesland met verduurzaming van maïsteelt op puur veen

Het praktijkonderzoek richt zich op het terugdringen van bestrijdingsmiddelen en kunstmest in de teelt van snijmaïs. Daarnaast wordt er gekeken naar het toepassen van niet-kerende grondbewerking. De inzet is het tegengaan van veenoxidatie, CO2-reductie en het terugdringen van chemiegebruik in de maïsteelt op veen. Er wordt onder andere gezocht naar biologisch afbreekbare alternatieven voor glyfosaat. Het project wordt in het eerste jaar uitgevoerd op gescheurd grasland en in het tweede jaar komt er op dezelfde percelen nog een jaar maïs.

Verduurzamen

Op de proefstroken worden verschillende ontwikkelingen die de maïsteelt kunnen verduurzamen en het veenoxidatie te verminderen, getest en geregistreerd. Het gaat dan bijvoorbeeld om bewerkingen met NKG-machines, zoals een strokenfrees, stripp-till, mulchen/zaaien en klepelen. Ook wordt er gekeken naar het inzaaien van verschillende maïsrassen, inclusief gecoate producten. Verder is er aandacht voor onkruidbestrijding, bemesting en onderzaai. Tijdens het project worden verschillende zaken gemeten en geregistreerd, waaronder de biologische bodemactiviteit en de pH-waarde.

Ploegen

Het project ‘Verduurzaming maïsteelt op puur veen’ is een vervolg op het onderzoek van de WUR en onderzoeksinstituut Aquator dat in 2017 en 2018 werd uitgevoerd. Bij dit onderzoek werden veldproeven gedaan met maïsteelt zonder ploegen op puur veen in het Friese veenweidegebied. De resultaten lieten volgens de onderzoekers zien dat maïsteelt zonder ploegen bijna gelijke opbrengsten en voederwaarden oplevert als gangbare maïsteelt op veen. Ook zou maïsteelt zonder ploegen resulteren in een betere draagkracht van de bodem en minder insporing bij het oogsten. Tot slot heeft maïs tijdens de teelt bij een gemiddelde zomer een gunstiger effect op de grondwaterstand en bodemvocht dan grasland, meldden de onderzoekers.