Vooral boeren gedupeerde begroting Drents Overijsselse Delta 2020
Daarover wordt dinsdag 19 november door het bestuur van het waterschap - waarvan het werkgebied in Drenthe en Overijssel ligt - vergaderd. Het plan is om de geplande uitgaven in 2020 met 1,9 miljoen euro op te hogen. Dat betekent een totale uitgave van 124,3 miljoen euro.
Boeren veruit het meest kwijt
Volgens de begroting van 2019 is een boer met ongeveer 40 ha landbouwgrond en een Waardering Onroerende Zaken-waarde van 400.000 euro gemiddeld 3.287 euro per jaar kwijt. De begroting van 2020 stelt dat eenzelfde bedrijf 3.462 euro per jaar kwijt is. Een verschil van 175 euro, ofwel een ruime 5,3 procent. De kosten van de boer per ha grond komt uit op 77,90 euro.
Het waterschap zegt tevreden te zijn met in hoeverre de tariefstijging voor bepaalde belastingbetalers is beperkt. Maar de tarieven van (eenpersoons)huishoudens in een koophuis dalen zelfs (met 0,4 procent en 0,3 procent), net als de tarieven voor de groothandels en productiebedrijven (2,6 procent en 0,9 procent). Alleen de (eenpersoons)huishoudens in een huurhuis (1,3 procent en 0,7 procent) en natuur (2,7 procent) dragen net als de agrarische sector bij aan het generen van de 1,9 miljoen euro extra. Ter illustratie, natuur betaalt met die tariefstijging van 2,7 procent 12 euro per 100 ha op jaarbasis extra. De boeren steken hier met kop en schouders bovenuit.
Bermen
Volgens Herman Odink, dagelijks bestuurslid en portefeuillehouder Financiën van Drents Overijsselse Delta (DOD), zijn deze extra kosten voor de boeren makkelijk te verklaren. „Waterschap Zuiderzeeland en provincie Flevoland hebben over en weer gedimdamt of het wel terecht is dat het onderhoud van de bermen bij de wegen aangeslagen wordt. De Hoge Raad heeft hier eind 2018 uitspraak over gedaan met als conclusie: asfalt is asfalt. De bermen horen bij ongebouwd dus de agrariërs. Dat betekent in het geval van DOD dat we 350.000 tot 375.000 euro extra moeten ophalen bij de landbouw. En hier zit ook heel weinig speelruimte in. Dit beleid wordt landelijk uitgerold en er is niets wat we er tegen kunnen doen.”
Volgens Odink had in 2019 dit beleid al ingevoerd moeten worden, maar is er toen voor besloten om dit op te schuiven naar 2020. De uitspraak van de Hoge Raad zou rauw op het dak van het bestuur zijn gevallen en dermate kortdag voor de jaarwisseling, dat zij besloten het nieuwe beleid een jaar uit te stellen.
Klimaat en ICT
„Meer dan ooit te voren hebben we te maken met de gevolgen van de klimaatverandering waarop we ons moeten voorbereiden,” zegt Herman Odink, portefeuillehouder Financiën van Drents Overijsselse Delta (DOD). Daarom gaat de 1,9 miljoen euro die extra uitgetrokken moet gaan worden, onder andere naar de renovatie van stuwen, gemalen en rioolwaterzuiveringen.
Projecten die specifiek landbouw en natuur moeten voorzien van voldoende en schoon water moeten voorzien, is het onderhoud aan Oude Diep in Mantinge (gemeente Midden-Drenthe) en een nog nader te benoemen project in de buurt van Zwolle (OV). „Maar daarover kan ik nog niet teveel zeggen, de vergunningen zijn nog niet rond.”
Ook moeten in steden en dorpen en in het landelijk gebied diverse maatregelen genomen worden. In het landelijk gebied spreekt de portefeuillehouder over waterbergingen aanleggen, het verbreden van sloten en maatregelen om grondwater langer vast te houden in droge perioden.
Maar ook gaat er geld naar de cao-ontwikkeling van personeel en het updaten van de software waar het waterschap meewerkt. Als laatste is de som geld mede bedoeld ter compensatie van de verhoogde arbeidsprijzen van aannemers in de grond-, weg- en waterbouw en loonwerkers.
Verdeling
De 124,3 miljoen euro is opgedeeld in:
- 13,3 miljoen euro naar de bescherming tegen hoogwater (stuwen, dijken e.d.);
- 46,7 miljoen euro naar het watersysteem (sloten, kanalen e.d.);
- 36 miljoen euro naar schoon water in stad en land (riolering, waterzuivering e.d.);
- 28,3 miljoen euro naar maatschappij en organisatie (cao en ict e.d.).
Van die 124,3 miljoen euro valt 34 miljoen euro in de categorie kapitaallasten; 43,1 miljoen euro in de categorie personeelslasten en 47,2 miljoen euro gaat daadwerkelijk naar goederen en diensten.