Droogleggen en hoger waterpeil beide goed voor Fries veenweidegebied
Om bodemdaling en CO2-uitstoot tegen te gaan, is een mix van de maatregelen nodig. Een hoger waterpeil in combinatie met natuurinclusieve landbouw remt de bodemdaling en CO2- uitstoot het meest. „In onze analyse zijn verschillende alternatieven gemeten”, legt Anne Meijer, projectleider MKBA uit. „We hebben deze vergeleken met de situatie wanneer er niets zou gebeuren, het nulpunt. Het bleek dat het landbouwvoorstel, droogleggen van land, en het initiatiefvoorstel, een hoger waterpeil, beide goed verdedigbaar zijn.”
Weidevogelbeheer
Nederland moet in totaal één megaton aan CO2 besparen. Een grote bron van uitstoot is het 59.000 hectare Friese veenweidegebied. Daarvoor geldt: hoe natter de grond, hoe minder CO2 wordt uitgestoten. De grootste kansen op de korte termijn liggen volgens de analyse in de veenweidegebieden Hegewarren en Aldeboarn-De Deelen. De aanpak in die regio wordt daarom geïntensiveerd. Provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân zetten ook in op weidevogelbeheer en het vergroten van de biodiversiteit.
Sneekermeer-Oost
De experimenten in Groote Veenpolder, Idzegea, Brekkenpolder en Grouster Leechlân gaan door. Het gaat om proeven met beheer van het grondwaterpeil, verbeteren van de bodemvruchtbaarheid en het experimenteren met andere vormen van landbouw. De boeren in het gebied werken hieraan mee. „Dat helpt mee in de bewustwording”, gaat Meijer verder. „Het zijn de boeren die bijvoorbeeld het waterpeil meten.” Sneekermeer-Oost wordt een pilot, Sneekermeer-West heeft niet langer prioriteit vanwege de bodemsamenstelling van klei op veen.
De hoogtes in het veenweidegebied van Friesland variëren enorm. Het verschil in peil kan op bedrijfsniveau al groot zijn. „Samen met de betrokkenen maken we daarom een gebiedsplan. We moeten er met elkaar uit zien te komen”, aldus Meijer.
Verdienmodellen
De grote onzekerheden zijn de nieuwe verdienmodellen voor de landbouw. Die wil de provincie de komende tijd concreet krijgen. Gedeputeerde Douwe Hoogland: „Uiteindelijk willen wij maatregelen voor het hele gebied vaststellen. Dat is complex, maar zeker kansrijk. We hebben meer kennis nodig van bijvoorbeeld onderwaterdrainage en alternatieve verdienmodellen om een weloverwogen beslissing te nemen.”
Tekst: Brenda van Olphen
Beeld: Ruth van Schriek