Column: Democratische controle op natuursubsidie ontbreekt
Jumelet gaf aan dat zowel de subsidiebedragen als de controle daarop overzichtelijk waren terug te vinden op de website van BIJ12, de uitvoeringsorganisatie van de twaalf provincies samen. Het lukte me echter niet om die documenten te vinden, ook al ben ik een redelijk geoefend online-zoeker. Navraag via de communicatieafdeling van BIJ12 leverde eveneens weinig op. Informatie over de subsidiebedragen en de controle daarop hadden ze namelijk niet. Dat gaf ik door aan de provincie Drenthe. Vreemd, vonden ze. Ik ook. Blijkbaar is die informatie toch niet zo transparant als aanvankelijk gedacht.
Jaarlijkse veldbezoeken
Bij de Provincie Gelderland stelde ik soortgelijke vragen. Dat leverde uiteindelijk mailtjes op met linkjes naar rapporten. Die rapporten gingen alleen niet specifiek over Gelderland, maar over hoe de controle op subsidiebedragen in Nederland in het algemeen is geregeld. Er zat één samenvattend rapport bij dat handelde over veldbezoeken die de provincies jaarlijks afleggen in Natura 2000-gebieden. Die veldbezoeken maken deel uit van de monitoring op de voortgang van de herstelmaatregelen en of de natuurkwaliteit verbetert. Het is mij nog niet gelukt om inzage te krijgen in de gegevens die de provincie verzamelt per Natura 2000-gebied. Wie weet komt dat nog.
Gestructureerde methodiek
Positief is wel dat er rond die herstelmaatregelen een structuur van rapportages is opgesteld. Daardoor is er zicht op de voortgang en daarmee dus inzicht op al die miljoenen euro’s en of die euro’s nuttig besteed worden. Of dat ook tot betere natuur leidt, is helaas nog niet vast te stellen.
Bij de reguliere subsidies voor natuurbeheer van de provincies ontbreekt zo’n gestructureerde methodiek. Zij hebben er dan ook nauwelijks zicht op of de subsidies goed ingezet worden. Erger nog: er lijkt nauwelijks controle te zijn. Natuurorganisaties als Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en Provinciale Landschappen monitoren zelf of ze hun werk goed uitvoeren. Als er behoefte is aan meer specifieke kennis, huren ze die in. In Gelderland controleren ecologen of de monitoring door de natuurorganisaties goed wordt uitgevoerd, maar hoe is niet duidelijk.
Miljoenen per provincie
Bij deze natuursubsidies draait het om veel geld. In Drenthe gaat het bijvoorbeeld jaarlijks om 8,4 miljoen euro voor Staatsbosbeheer, 2,7 miljoen euro voor Natuurmonumenten en 2,1 miljoen euro voor het Drents Landschap voor regulier beheer. In andere provincies zal het om vergelijkbare bedragen gaan, want die informatie is ook al lastig boven tafel te krijgen.
Democratische controle
Mijn observatie is dat provincies vooral vertrouwen hebben in de goede bestedingen van de gelden die ze namens de belastingbetaler beschikbaar stellen. Dat vind ik een positieve grondhouding, maar boeren ervaren vaak het tegenovergestelde wanneer ze met de overheid te maken hebben. Als boeren bij het aanvragen van subsidiegeld ergens vergeten een vinkje te zetten of een andere administratieve slordigheid maken, leidt het direct tot hoge boetes in het kader van het gemeenschappelijke landbouwbeleid. Als journalist hoop ik dat er openbare informatie is te vinden, waaruit blijkt dat al die miljoenen euro’s natuursubsidie correct wordt uitgegeven. Ik zou ook graag meer openbare informatie willen hebben over de prioritering van de besteding van die subsidies. Daarover zou namelijk meer debat mogen zijn.
Ik heb ontdekt dat ik niet alleen sta in die zoektocht naar informatie. Uit gesprekken met statenleden in diverse provincies maak ik op dat die vraag breder leeft. Zorgelijk, want een stukje democratische controle over miljoenen euro’s belastinggeld zou toch mogelijk moeten zijn.
Lees ook het uitgebreidere artikel over dit onderwerp in de regionale landbouwvakbladen van Agrio van 15 februari.