Drentse en Oost-Groningse boeren zaaien 400 kilometer akkerranden in
Het project wordt uitgevoerd door Agrarische natuurvereniging Oost-Groningen (ANOG), Agrarische Natuur Drenthe (AND) in samenwerking met waterschap Hunze en Aa’s en de provincies Groningen en Drenthe en maakt onderdeel uit van het landelijk Detaplan Agrarisch Waterbeheer.
Nuttige insecten
De randen worden vooral aangelegd op percelen met aardappels, graan of bieten langs sloten.Met de aanleg van de randen willen de deelnemers de biodiversiteit vergroten en het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen omlaag brengen.
Akkerranden dragen daar volgens de projectpartners op twee manieren aan bij. Enerzijds vormen de randen een buffer tussen de sloot en akker. Anderzijds zorgen de randen voor nuttige insecten: ‘Deze nuttige insecten dragen bij aan een natuurlijke plaagbestrijding, waardoor er minder gewasbeschermingsmiddelen gebruikt hoeven te worden’, stellen ze.
Veelbelovend
Bij de Agrarisch natuurvereniging Oost-Groningen loopt het project al langer. De eerste resultaten hiervan zijn ‘veelbelovend’, aldus de initiatiefnemers. Zo zijn er volgens hen deelnemers die de afgelopen jaren minder of helemaal geen middelen meer hebben gebruikt om insecten te bestrijden.
