Súdwest-Fryslân: 'Varkensfokkerij wordt gewoon te groot voor dorp'
„Het had ook andersom kunnen zijn als één raadslid van gedachten was veranderd’’, zei advocaat van de gemeente Ivo van der Meer dinsdag in Den Haag. Het geeft aan hoe dun de scheidslijn is tussen groen en rood licht. Het dorp is verdeeld in meer dan honderd inwoners die tegen de bedrijfsuitbreiding zijn en meer dan honderd supporters van Lorist.
Felle reactie
De Raad van State kijkt vooral naar de juridische regeltjes maar stelde de gemeente ook de vraag of het grote aantal voorstanders van de bedrijfsuitbreiding is meegewogen. Dat lokte een felle reactie uit van Mob-voorman (Mobilisation for the Environment) Valentijn Wösten die voor de tegenstanders optrad. Hij vond het een ongepaste vraag.
Súdwest-Fryslân wil niet dat intensieve veehouderijen grotere bouwblokken hebben van 1,2 hectare. De Hemelumer Hoeve heeft veel meer nodig om te kunnen uitbreiden van 5.000 naar 8.600 varkens. De dorpskom ligt te dichtbij, vindt de gemeente, hoewel de uitbreiding niet de richting van het dorp in gaat maar juist de andere kant op.
Geurnorm
De gemeente weigert ook medewerking omdat het bedrijf na de uitbreiding teveel stank zal veroorzaken. Daar heeft de GGD een rapport over uitgebracht. Het GGD-rapport was voor de gemeenteraad de aanleiding om het plan tegen te houden, zei Van der Meer. Volgens de Hemelumer Hoeve gaat de gemeente er ten onrechte van uit dat het een totaal nieuw bedrijf wordt en is daarom een strengere geurnorm opgelegd. „Maar het is een bestaand bedrijf’’, zeggen de advocaten van Lorist.
Tekst: Adri Klinkenberg
Beeld: Ellen Meinen