Mestverwerking Fryslân failliet; mest van 235 boeren niet meer verwerkt
Scherff had zelf het faillissement aangevraagd bij de rechtbank Noord-Nederland. „Ik ben er klaar mee”, zegt hij. „Het is geen doen meer als ondernemer in de mestwereld. Je wordt aan alle kanten tegengewerkt door de ambtenaren van de RVO. Ik heb de afgelopen 10 jaar 32 keer voor de rechtbank gestaan. Je lost het ene probleem op en je krijgt er tien voor terug.”
De marges zijn ook dun; het verwerken van een ton vaste mest kost 12 euro en levert maar 14 euro op. „Dan moet je geen enkele tegenslag hebben, terwijl je wel veel risico loopt.”
Boete
Wat als een zwaard van Damocles boven zijn hoofd hangt, is de boete van 75.000 euro die hem in hoger beroep is opgelegd naar aanleiding van een bedrijfsongeval in 2016, waarbij een medewerker om het leven kwam. Scherff werd in eerste instantie vrij gesproken in 2018, maar in hoger beroep veroordeeld. Het bedrijf zou niet hebben voldaan aan de veiligheidsvoorschriften.
Van de boete moet hij 45.000 euro betalen en is 30.000 euro voorwaardelijk. „Dat betekent dat ik al aansprakelijk ben als hier een vrachtwagenchauffeur verkeerd van zijn trapje stapt”, zegt Scherff. „Dat risico ga ik niet lopen.” Dat was de doorslaggevende factor voor het aanvragen van het faillissement.
Vergunning
Het bedrijf in Walterswald verwerkte circa 90.000 ton mest per jaar. De 235 boeren die hun mest er lieten verwerken, zullen nu moeten aankloppen bij andere verwerkers.
De mestverwerker heeft een vergunning voor 100.000 ton. Die was een aantal jaar terug uitgebreid naar 250.000 ton, maar dit werd aangevochten door omwonenden die vreesden voor stankoverlast. De Raad van State gaf hen afgelopen voorjaar geen gelijk. Er loopt nu een bodemprocedure.
Jan Scherff heeft inmiddels vier branchegenoten aan de lijn gehad die interesse hebben getoond in het bedrijf, maar nog geen serieus bod. Scherff: „Ze mogen het van mij hebben, ik wens ze er veel sterkte mee.”