Komend najaar presentatie resultaten luizengaas als viruspreventie bij pootaardappelen
In mei hebben Agrifirm en HZPC op zes locaties in Noord-Nederland gezamenlijke demonstratieproject aangelegd met luizengaas en stro als viruspreventie in de teelt van pootaardappelen. Insteek is het beperken van virusaantastingen door bladluizen in pootgoed, om zo de aardappelteelt verder te verduurzamen. Zeker nu de virusdruk in pootaardappelen toeneemt en de ‘standaard’ preventiemaatregelen als gezond uitgangsmateriaal, selectie, minerale olie en de wekelijkse inzet van luisbestrijders en/of pyrethroïden niet altijd afdoende is om Y-virus buiten de deur te houden, kijkt de sector nadrukkelijk naar alternatieven.
Proefopzet
In de zes pootgoedpercelen zijn proefveldjes aangelegd die werden afgedekt met stro of met vier verschillende soorten doek. Steeds werden vier ruggen afgedekt met doek of stro. Op twee locaties werden ook grotere praktijkproeven aangelegd. Daarbij werden twaalf ruggen over een lengte van dertig tot veertig meter afgedekt. De doeken zijn het hele groeiseizoen, dus tot het moment van loofdoding, blijven liggen.
Doel
Dat het afdekken van aardappelruggen met doek of stro werkt tegen virusaantastingen is bekend. Wat niet bekend is hoe het gewas zich gedraagt onder het doek. Bijvoorbeeld werkt het phytophthora-gewasbeschermingsmiddel ook door het doek heen? Een ander aspect is of het werken met doeken praktisch uitvoerbaar is. Vragen die dan opspelen zijn o.a.: hoe makkelijk werkt het, wat doet de wind met het doek, wat is het effect op eventuele wildschade en hoe haal je het doek er weer af.
PCR-onderzoek
Vrijdag 13 juli werden de doeken verwijderd. Teeltspecialist Jacob Swart van Agrifirm, die de ontwikkelingen op de voet volgt, stak daarbij ook de handen uit de mouwen. „In deze proeven zien we hoe de verschillende rassen zich onder deze omstandigheden hebben ontwikkeld. In dit onderzoek zijn de gerealiseerde opbrengsten minder van belang. De poters uit de gedane proefrooiingen worden volgens de gangbare PCR-techniek in het DNA-laboratorium van de NAK onderzocht. We verwachten de resultaten in de herfst te kunnen presenteren”, aldus Jacob Swart. Binnen het DNA-laboratorium van de NAK wordt op grote schaal de PCR-techniek toegepast bij aardappelonderzoeken. Door toepassing van deze geavanceerde techniek kunnen combinatieonderzoeken worden uitgevoerd. Eén monster kan onderzocht worden op zowel virussen, de Erwiniabacterie en de bruin- en ringrotbacterie.
Zwaarder zeil
„In een eerste indruk kunnen we wel stellen dat alle rassen zich onder het zeil goed hebben gehouden. Duidelijk is wel geworden dat de lichtere zeilen minder geschikt zijn voor de Nederlandse weersomstandigheden. De zwaardere zeilen hebben een duidelijk beter effect,” licht Jacob Swart een tikje van de sluier op.