Snijmais in kustgebieden nog lang niet oogstrijp
Dat blijkt uit cijfers van kweekbedrijf Limagrain en veevoer coƶperatie Agrifirm. Op veel plaatsen in West-en Noord Nederland werd eind vorige week nog geen 30 procent drogestof gemeten.
Grote verschillen op korte afstand
De zeer vroege rassen hebben een voorsprong, zoals gebruikelijk. De verschillen tussen rassen en percelen zijn echter groot. Niet alleen landelijk maar ook lokaal. Dat heeft ook te maken met het koude voorjaar, waardoor er tot diep in het voorjaar mais werd gezaaid. Limagrain adviseert bij 36 procent drogestof te hakselen, met een zo hoog mogelijk zetmeelgehalte en minimale kans op broei bij het uitkuilen.
Herfstweer blijft uit
Gezien de weersverwachting is het aannemelijk dat er de komende tijd per drie dagen tenminste een procent drogestof bij komt. De verwachte inval van de herfst, tegelijk met de kalenderdatum deze week, blijft namelijk uit. Wisselvallig regenachtig weer wordt nu pas tegen het eind van deze maand verwacht. Tot die tijd blijft het rustig een aangenaam zomerweer, met bovengemiddelde temperaturen voor de tijd van het jaar.
Vanggewas per 1 oktober
De relatief late afrijping van de snijmais dit jaar betekent dat telers op zandgrond die geen onderzaai hebben toegepast, alle zeilen moeten bijzetten om te voldoen aan de vanggewas inzaaiverplichting per 1 oktober. Het ministerie van LNV heeft verzoeken om uitstel van verschillende agrarische belangenbehartigingsorganisaties in beraad.