Oormerken zorgen voor ergenis bij Sabine Grobbink tijdens laden van zeugen

Zeugen die na 31 december 2018 worden toegevoegd aan de zeugenstapel mogen alleen nog gemerkt worden met een gebruiksmerk dat is erkend door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Bij deze varkens is het daarna niet meer toegestaan om bij afvoer naar het slachthuis een derde oormerk (slachtblik) te gebruiken. Een nieuw gebruiksmerk dat voorzien is van een UBN-nummer, maakt het slachtblik overbodig.

Op grond van de regelgeving ter bescherming van dierenwelzijn (artikel 2.7 Besluit diergeneeskundigen) is het toegestaan om twee ingrepen in het kader van identificatie en registratie (I&R ) aan te brengen. Zeugen, gelten en beren die uiteindelijk naar de slacht gingen, hadden op basis van de huidige regelgeving al twee merken. Daar kwam op het einde van de rit dan nog een extra slachtblik bij. Die situatie veranderde per 1 januari 2019.

Laden kost meer tijd

Sabine Grobbink uit Barger-Compascuum (DR) noemt de gedachte achter de maatregel, het aantal ingrepen verminderen, goed. „Maar omdat de oude en nieuwe nummers allebei wit zijn, kost het bekijken of het een oud of nieuw nummer is meer tijd dan het opladen van de dieren zelf", vertelt de varkenshouder met 800 zeugen en plaats voor 4.000 speenbiggen.

De oude nummers moeten een slachtblik krijgen en nieuwe mogen dat niet. Daar wordt bij de slachterij op gecontroleerd en het transportbedrijf kan vervolgens bekeurd worden als zaken ontbreken. „De nieuwe nummers zijn ruw en er hecht gemakkelijk vuil aan. De nummer zijn licht bedrukt en moeilijker te lezen. Omdat ze ook heel slap zijn gaan ze krullen. Een zeug heeft een nummer wat aan zowel de buiten- als binnenkant is te lezen. Wanneer het nummer aan de buitenkant vies is, probeer ik via de binnenkant het nummer te lezen. Maar als het oormerk dan gekruld is, kun je nog niets zien en moet je dus de zeug bij de oren pakken. Ik hoor dat best veel boeren dit probleem erkennen. We zijn nu veel tijd kwijt met deze regel."

Grobbink pleit voor een simpele oplossing: „Gewoon alle zeugen een slachtblik indoen bij twijfel en niet bekeuren. Ik kan geen nieuwe gladde nummers kopen. Dit zijn de enige goedgekeurde door het ministerie van LNV en de slachterij."

'Geen verbetering dierenwelzijn'

Handelaren bevestigen het beeld van Grobbink. „In de praktijk worden vaak de oude nummers uit het oor geknipt wat het voor dierenwelzijn juist niet beter maakt. Ook zijn de slachterijen er nog niet heel goed op ingespeeld door het aantal bliklozen aan het einde van de slachtlijn", zegt een handelaar.