Column: Na Remkes
Het eerste wat je vaak hoort is dat de doelen die overheid stelt voor stikstof onhaalbaar zijn in de tijd, of eigenlijk gewoon niet realistisch zijn. Tegelijkertijd hoor ik ook vaak dat het drastische ingrijpen in de landbouw zoals de overheid nu voorstelt niet nodig is, omdat we de gestelde doelen makkelijk kunnen halen met managementmaatregelen of juist met het inzetten van technische innovaties.
Dat roept de vraag op: wat vinden we nu echt als sector, zijn de doelen niet haalbaar of kunnen we ze wel halen en zijn we het niet eens met de manier waarop we ze zouden moeten halen? Ik vind het in ieder geval heel boeiend om te zien hoe deze twee geluiden steeds naast elkaar kunnen bestaan in de ( agrarische) pers zonder dat deze twee direct met elkaar in verband gebracht worden. Waarom zoveel verzet tegen de doelen, als we tegelijkertijd zeggen dat we die doelen wel kunnen halen?
Naïeve gedachte
Als ik verschillende professoren, onderzoekers en groepen boeren mag geloven zijn de doelen zeker realistisch en haalbaar. Alleen verschillen ze hier en daar nog wel van mening welke route de beste is als het gaat om het halen van de doelen.
Volgens de ene deskundige kunnen we nog hele grote stappen zetten als het gaat om management op het boerenbedrijf. Hier is in de melkveehouderij tot bijna 50 procent stikstofreductie haalbaar zonder grote investeringen. Met behulp van technische innovatie zouden we wel tot reductiegetallen van 60 a 70 procent moeten kunnen komen volgens andere deskundigen.
Dan hebben we nog boeren die zeggen met extensivering en het sluiten van de kringloop kunnen we het probleem in z’n totaliteit op lossen. Is het nu een hele naïeve gedacht om te zeggen: laten we als landbouw nu eens met deze boodschap naar Remkes toe gaan? Gewoon zeggen: we accepteren die strenge doelen. We hebben de oplossingen in huis, maar we hebben wel de hulp nodig van de overheid om die oplossingen in de praktijk te brengen.
Want die managementmaatregelen klinken heel simpel, maar het dagelijks in de praktijk brengen op je eigen bedrijf is nog best een uitdaging. Daar zou de overheid zich medeverantwoordelijk voor moeten voelen en maken. Al die veelbelovende technologische innovaties zijn 9 van de 10 keer geen economisch renderende investeringen. Ook hier moet de overheid dus te hulp schieten zoals ze dat ook in andere sectoren doet, kijk maar naar de ontwikkeling van duurzame energie. Ook de route van extensivering is er een die nu niet economisch rendabel is, maar wel gewenst wordt door de maatschappij. Dus ook hier is steun van de overheid essentieel.
Naast elkaar
Het grote toeval wil nu dat er bijna 25 miljard beschikbaar is om in de landbouw grote stappen te zetten als het gaat om stikstof, klimaat en water. Dus ook die kant van het verhaal is al min of meer geregeld. Dus wat houdt ons tegen om te zeggen: we gaan deze uitdagende klus aan, maar daarvoor hebben we wel de steun en de inzet van de overheid nodig. Dus we parkeren de discussie over de doelen even, maar we gaan gewoon open in gesprek met het kabinet over wat we van het kabinet nodig hebben om de doelen te gaan halen. De ideeën daarvoor liggen overal al klaar.
Ondernemersvrijheid
Het gaat er alleen nog om hoe zorgen we ervoor dat wij boeren weer zoveel vertrouwen in de toekomst en in de overheid krijgen zodat ook wij weer risico’s durven te gaan nemen. En aan de slag gaan met de oplossing of een combinatie van oplossingen die het beste past bij onze individuele situatie. Voor dat open gesprek is het ook nodig dat de minister van de doelen, Christianne van der Wal, zich realiseert dat het vaststellen van doelen één is, maar dat er voor het realiseren van die doelen echt iets heel anders nodig is. Ook zij is bij het realiseren van de doelen afhankelijk van wat de sector uiteindelijk gaat doen. En wij boeren zijn zeker in beweging te krijgen, als we daarvoor mogelijkheden zien, een stuk ondernemersvrijheid voelen, en ervaren dat de overheid in dit proces naast ons komt staan in plaats van tegenover ons.
Alex Datema