Groningse melkveehouder verft zijn monumentale boerderij roze als noodkreet

De familie Vellenga kocht de boerderij in 1996 aan en bouwde het om tot een melkveebedrijf. De aarbevingsproblematiek houdt de familie inmiddels al 10 jaar in zijn greep. Na de aardbeving van Huizinge in 2012 verschijnen de eerste scheuren. Inmiddels zijn er meer dan 400 scheuren en verzakt het woonhuis en de twee schuren. Zowel het IMG als NCG erkennen in hun rapporten dat de scheuren en verzakkingen het gevolg zijn van aardgaswinning. De boerderij ligt in het aardbevingsgebied. Maar omdat volgens de aardbevingsinstanties de grond niet hard genoeg trilt rondom Eenrum, krijgen ze de schade niet vergoed en komen ze niet in aanmerking voor versterking.
Koeien breken uit
Naast de nodige ongemakken in het woonhuis kan Vellenga zijn koeien ook niet meer weiden. De familie merkte op dat de koeien gevoelig zijn voor de trillingen in de grond. Als gevolg daarvan braken de koein regelmatig uit de weides. De koeien worden nu noodgedwongen op stal gehouden.
Als eigenaar heeft de familie een instandshoudingsplicht. Maar hoe kun je een monument onderhouden als deze zodanig verzakt is en vol zit met scheuren? De scheefstand in het woonhuis is inmiddels niet meer te herstellen en ook de schuren beginnen te verzakken. Twee gebinten zijn 40 centimeter de grond ingezakt waardoor de schuur op instorten staat. De gevels staan 15 centimeter uit het lood, dus die moeten ook vervangen worden. Restaureren kost volgens de familie miljoenen en ook dan zijn de verzakkingen niet opgelost.
Verduurzamen beperkt
Naast de verzakkingen loopt de familie er nu ook tegenaan dat ze niet verder kunnen verduurzamen. Het huis wordt al verwarmd met de warmte die vrij komt van de koeienmelk. „Maar meer kunnen we niet doen”, zegt Jelmer Vellenga. „We kunnen niet isoleren, geen zonnepanelen plaatsen. Omdat de gebouwen niet duurzaam zijn, krijgen we geen rentekorting bij leningen bij de bank. Dat gaat op basis van duurzaamheidspunten. Ook lopen we daardoor toeslag mis bij de melkfabriek. Dus elke dag verlies ik geld omdat ik niet kan verduurzamen.”
Daarnaast wil hij de schuren die nog op het erf staan verbeteren. Maar ook dat gaat niet gemakkelijk. „De schuren voldoen niet aan de moderne tijd, waardoor we een deel van de schuren niet kunnen gebruiken. We kunnen ons ark niet keren tussen alle spanten en de zijkanten zijn te laag om ons ark kwijt te kunnen. Liever willen we een kleinere, functionelere schuur bouwen, maar dat mag niet. Ook is daar geen ruimte voor omdat de huidige schuren midden op ons bouwblok staat. Een kleinere functionele schuur zou ook betekenen dat we ruimte creëren op ons bouwblok voor melkrobots en sleufsillo’s. Slopen van de oude schuren en er een kleinere, functionelere schuur voor terugzetten mag ook niet van de gemeente.”
Tekst gaat verder onder foto.
Roze boerderij
Net zoals de akkerbouw familie Ten Have uit Drieborg verft de familie Vellenga dit weekend zijn boerderij roze. „Het is Open Monumentendag dit weekend. Hoe kunnen we dit nu vieren in Groningen en trots ons monumenten laten zien? En dan ook nog met het thema verduurzamen. Iets wat wij graag willen, maar niet kunnen. We verwachten niet dat het roze schilderen van ons huis helpt. We zien het als allerlaatste noodkreet.”
De familie voelt zich niet gehoord door de instanties. De wens is om met alle partijen tot een oplossing te komen. „We kunnen niks en we mogen niks. Elke dag voelen we ons onveilig. Het laatste half jaar gaan de gebouwen zo hard achteruit. Onze kalveren, melkstal, en ark staan in de schuren. Instorten zal het zeker als er niet snel een oplossing komt. En dan heb ik het nog niet eens over onze medewerkers en onszelf die in de schuren rondlopen. Afgelopen storm zijn er al twee rijksmonumentale schuren in de gemeente ingestort. We hopen maar dat onze schuren niet de volgende zijn.”
De familie weet niet meer hoe ze verder moeten. „Een boerenbedrijf is een familiebedrijf. Ik zou niet weten wat we nog meer kunnen doen om verder te kunnen boeren en te wonen op deze plek. Verkopen kan ook niet. En dat wil ik ook niet. We wonen op een prachtige plek waar ons vader ons bedrijf opgezet heeft. Ik wil graag ons vader zijn levenswerk afmaken. Maar hoe, wij weten het niet meer.”