PBL: Uitkoopregelingen werken nauwelijks
Dat doet ze in een rapport dat dinsdag verschijnt, en waarin het planbureau uitkoopregelingen van de afgelopen vijfentwintig jaar in Nederland en Vlaanderen heeft geanalyseerd. De schrijvers zien dat in die regelingen telkens maar een paar procent van de bedrijven stopte.
En dan was de beëindigingsregeling vaak een onderdeel van een breder pakket aan milieu-eisen, schrijven de onderzoekers, in een tijd dat de marktomstandigheden slecht waren. Geconfronteerd met de keuze om te investeren of te stoppen, kozen sommige bedrijven dan voor het laatste. Maar nu zijn de marktomstandigheden juist goed.
Iets dergelijks was een paar jaar geleden te zien geweest bij de uitkoopregeling voor varkenshouderijen in het kabinet Rutte-III, vlak nadat de stikstofcrisis uit was gebroken. Maar een deel van de varkenshouders die voor de uitkoopregeling had ingetekend, is toen uiteindelijk gestopt; tussen het moment van intekenen en dat waarop daadwerkelijk het besluit moest worden genomen, was de opbrengstprijs van varkens fors gestegen.
Maximum bedrag
Het wordt volgens het PBL ook steeds moeilijker en kostbaarder om rendabele bedrijven te verleiden om te stoppen. Dat komt deels doordat de EU eisen voorwaarden stelt voor het uitkopen van bedrijven. De overheid mag daarvoor slechts een maximum bedrag uittrekken, dat niet hoger kan zijn dan de waarde van het bedrijf - en dat zonder goodwill. Bovendien mogen boeren dan niet ergens anders opnieuw beginnen. Die voorwaarden maken het voor boeren die willen stoppen aantrekkelijker om hun bedrijf (desnoods in delen) op de markt te verkopen - ze kunnen dan meer geld krijgen en zijn aan minder voorwaarden gebonden.
Daarnaast is het niet zo dat als de overheid meer geld uittrekt, een evenredig groter aantal boeren zal stoppen. Nu heeft de overheid miljarden euro’s uitgetrokken voor stoppersregelingen, maar het is daarmee niet gezegd dat er ook veel meer boeren zullen stoppen. De boeren die stoppen, zijn vaak oudere boeren zonder bedrijfsopvolging. Dat aantal wordt niet groter bij grotere budgetten voor uitkoopregelingen, en dus ook niet bij de miljarden die de huidige regering heeft gereserveerd.
Dat wil niet zeggen dat bedrijfsbeëindigingsregelingen niet effectief kunnen zijn. Maar dat moet dan wel samen met andere maatregelen gebeuren.
Focus op stikstof
De onderzoekers hebben wel vraagtekens bij de eenzijdige focus van het kabinet op stikstofreductie. Stikstof is maar een van de factoren die invloed hebben op de natuurkwaliteit, schrijven zij; nu het kabinet met de uitkoopregelingen vooral op stikstof focust, zal het beleid minder effectief zijn in het verbeteren van die kwaliteit. Het uitkoopbeleid zou zich moeten richten op meer elementen; naast stikstof bijvoorbeeld ook versnippering en verdroging.