Analyse: Twee adviezen zetten het coalitie-akkoord op zijn kop
Maandag vertelde het PBL wat iedereen eigenlijk allang weet; dat het kabinet zich rijk rekent met het idee dat het gewenste natuurherstel en de transitie van de landbouw gebaseerd kan zijn op vrijwillige uitkoop alleen. Hooguit een paar procent van de bedrijven is daarvoor te porren, stelt het PBL. Een kleiner deel dan nodig is om de gewenste vermindering van de stikstofuitstoot te bereiken. En als je - zoals het huidige kabinet doet - het budget voor uitkoop enorm vergroot, wordt dat deel niet groter.
Woensdag kwam het verslag van Remkes daar bovenop. Om de landbouw een toekomst te geven, vertelde hij, is het nodig om heel snel minder stikstof te gaan uitstoten. Daarom moet de regering volgens de VVD-coryfee binnen een jaar vijfhonderd tot zeshonderd piekbelasters gericht uitkopen.
Stok achter de deur
Er zijn ook wel andere mogelijkheden; zo kunnen die bedrijven een andere, meer extensieve, bedrijfsvoering gaan toepassen, met technologsiche maatregelen hun uitstoot verminderen, of desnoods het bedrijf verplaatsen. Maar onteigening zal in ieder geval als stok achter de deur moeten worden gehouden. Bovendien moet het kabinet er snel mee aan de slag, stelt Remkes. Uitstel van maatregelen maakt natuurherstel enkel moeilijker. Opeenvolgende kabinetten hebben de problemen voor zich uitgeschoven, en, zoals hij zei, „er zijn geen mooie oplossingen meer.”
Remkes spaart niemand in zijn verslag. Ook de landbouw niet. Hij wijst erop dat de landbouwvertegenwoordigers zelf hebben aangedrongen dat de vergunningverlening voor PAS-melders en interimmers weer op gang komt. Remkes vindt dat zelf ook; die bedrijven zijn slachtoffer geworden van slecht overheidsbeleid, stelt hij, en zij moeten met voorrang vergunningen krijgen. Maar daarvoor moet er wel ruimte zijn, en daarvoor moeten de piekbelasters worden aangepakt. Dus, zegt Remkes, als landbouwvertegenwoordigers willen dat PAS-melders vergunningen kunnen krijgen, zullen ze de consequentie daarvan moeten accepteren; dat de piekbelasters snel worden aangepakt.
Kaartje
Aan de andere kant haalt hij uit naar de overheid. Die heeft problemen te lang op de lange baan geschoven, waardoor het land nu in de knel zit. Ook heeft het slecht gecommuniceerd over de stikstofdoelen, met als hoogtepunt het beruchte stikstofkaartje van minister Van der Wal, dat boeren enkel beperkingen oplegde zonder ze perspectief te bieden. Het heeft niet enkel protesten onder boeren aangewakkerd, het heeft er ook voor gezorgd dat banken geen financiering wilden verlenen. Dat kaartje moet dus van tafel, zegt Remkes, en vervangen worden door minder gedetailleerde regionale kaarten.
Tegelijk moet de overheid niet blijven hangen in het eigen gelijk en meer luisteren naar de landbouwsector. Daar zijn goede ideeën. Bijvoorbeeld dat de KDW zodra het kan vervangen moet worden door een beter systeem om natuurherstel aan te tonen. En dat innovatie zeker een plaats verdient bij de oplossing van het stikstofprobleem, en niet op ideële gronden moet worden afgewezen. Remkes had nog een speciale boodschap voor een van de coalitiepartijen. „Voor die partij is een halvering van de veestapel een soort geloofsartikel geworden”, zei hij. „Ik vind dat onverstandig en bovendien buitengewoon polariserend voor een partij die zich laat voorstaan op zijn pragmatisme.”
Duidelijke visie
Het verslag van Remkes biedt een perspectief voor boeren, en een opening om de dialoog tussen boeren en overheid weer op gang te brengen. Er is een toekomst voor de landbouw in Nederland, denkt Remkes, en op sommige plaatsen ook voor hoogproductieve landbouw, maar daarvoor moet het kabinet actief werken aan perspectief voor de sector. Wat hem betreft moet dat bestaan uit een duidelijke visie op de landbouw, uit een concrete zonering waarin de overheid aangeeft waar welke soort landbouw kan plaatsvinden, en uit duidelijke verdienmodellen per sector.
Maar om dat perspectief op termijn te bereiken is het nodig om eerst een korte klap te geven en snel het stikstofprobleem aan te pakken. Daarmee legt Remkes niet enkel de regering een taak op, maar ook de vertegenwoordigers van de landbouwsector. De vraag is of die de stap willen en kunnen nemen om de piekbelasters op te geven, om zo de weg vrij te maken voor legalisering van PAS-melders en voor een perspectief voor de rest van de sector.