Koeien van Drentse boer Rosegaar opnieuw het meest productief
De 32 koeien van Rosegaar, die gemiddeld negen jaar oud waren, behaalden een gemiddelde levensproductie van 82.609 kg melk met 4,19% vet en 3,39% eiwit, wat resulteert in 6.267 kg vet en eiwit.
Het proefbedrijf van Provimi uit Velddriel (GD) doet het met 15 koeien en een gemiddelde levensproductie van 4.805 kg vet en eiwit ook goed. Ook vorig jaar stond dit bedrijf al op de tweede positie. De derde plek is opnieuw voor melkveehouder Wesselink uit Zelhem, die 13 koeien molk met een gemiddelde levensproductie van 4.133 kg vet en eiwit.
Hoogste productie bij afvoer
Melkveebedrijf Van Zijtveld-Bos uit De Glind (GD) staat bovenaan de lijst van bedrijven met de hoogste levensproductie van de afgevoerde koeien. De veehouders voerden afgelopen boekjaar 20 koeien af met een gemiddelde leeftijd van exact tien jaar en een gemiddelde levensproductie van 92.332 kg melk met 4,29% vet en 3,50% eiwit, wat resulteert in 7.194 kg vet en eiwit.
De tweede plek is voor Hans Stam uit Warmenhuizen (NH). De 10 afgevoerde koeien van dit bedrijf tekenden voor een levensproductie van 6.410 kg vet en eiwit. Op de derde positie komt Herman Vendrig uit Dwingeloo (DR) met 16 afgevoerde koeien met een levensproductie van 6.122 kg vet en eiwit.
Koeien worden ouder
Nederlandse koeien produceerden bij afvoer gemiddeld 38.327 kilo melk met 4,38 procent vet en 3,57 procent eiwit in het afgelopen jaar. Dit is goed voor 3.048 kilo vet en eiwit, wat een stijging betekent van 926 kilo melk en 77 kilo vet en eiwit in vergelijking met het voorgaande jaar.
Uit het overzicht van de mpr blijkt ook dat de levensduur van de afgevoerde stamboekkoeien met ruim drie weken is toegenomen tot 2.255 dagen.
Nog nooit eerder hebben de melkkoeien in Nederland een hogere levensproductie gehaald dan in het afgelopen boekjaar, dat liep van september 2022 tot september 2023, volgens Coöperatie CRV.
Hogere melkgift
Na een daling in het vorige boekjaar steeg de gemiddelde melkproductie per lactatie weer in het afgelopen boekjaar. Het rollend jaargemiddelde op de 11.870 Nederlandse mpr-bedrijven die in aanmerking komen voor rangschikking (394 bedrijven minder dan vorig boekjaar) kwam uit op 9.346 kg melk met 4,45 procent vet en 3,61 procent eiwit, wat neerkomt op 753 kg vet en eiwit en een economisch jaarresultaat van 2.166.
De melkgift was 260 kg hoger dan vorig jaar, en de vet- en eiwitproductie was 32 kg hoger. Deze laatste stijging was ook te danken aan hogere gehaltes. Het vetpercentage steeg met 0,07 procent en het eiwitpercentage met 0,06 procent.
Dit jaar bedroeg de productie van afgevoerde Nederlandse koeien gemiddeld 29,4 kg melk per melkdag. Vorig boekjaar was dit 29,3 kg melk. De tussenkalftijd bleef stabiel op 408 dagen. Een gemiddeld Nederlands mpr-bedrijf had in het afgelopen boekjaar 113 melkkoeien, wat vier meer is dan in het vorige boekjaar.
Meer tientonners
Door het feit dat koeien steeds ouder worden en meer produceren, nam ook het aantal koeien met een levensproductie van meer dan 100.000 kg melk toe. Afgelopen boekjaar passeerden 4.707 melkkoeien in Nederland deze grens, terwijl dat er in het vorige boekjaar nog 750 minder waren. Ook het aantal koeien met een levensproductie van meer dan 10.000 kg vet en eiwit steeg van 297 naar 406.
De hogere levensproductie is voor een groot deel te danken aan een 22 dagen langere levensduur. De productieve levensduur – het aantal dagen tussen de eerste kalfdatum en de laatste monstername – steeg met 27 dagen, voornamelijk door een vier dagen kortere opfokperiode.